Aangezien ik –nog altijd- niet over een rijbewijs beschik, ben ik vaak op het openbaar vervoer aangewezen. Zeker één keer per week neem ik de trein richting Antwerpen. Ik hou van de trein. In de trein is het rustig. De trein staat niet in de file en blijft ver weg van de miserie op de weg. ’s Ochtends kan ik er ongestoord mijn krant lezen, ’s avonds doe ik er mijn laptop open en werk nog wat verder. Ik doe mijn ding, de trein gaat zijn weg en we laten elkaar gerust. Ik zou het u allen aanraden, reizen met de trein. Helaas vertrekt de trein zelden op tijd en komt hij nog minder vaak op het juiste tijdstip toe. Naar schatting acht op de tien treinen die ik neem, vertrekken te laat. Meestal gaat het slechts over vijf minuten, maar soms wordt mijn trein gewoon afgeschaft en moet ik op de volgende –stoptrein die er een pak langer over doet- wachten. Door de luidsprekers van het station verneem ik zelden wat er aan de hand is. Alleen ‘Gelieve ons te verontschuldigen’ klinkt wel eens door de speakers. Één keer had ik mijn treinkaartje niet correct ingevuld en werd de conducteur kwaad. Ik probeerde de man van mijn onschuld te overtuigen, maar het mocht niet baten. Hij behandelde me alsof ik zojuist zijn twee dochters en hun moeder verkracht had. Zelfs nadat ik met veel tegenzin een boete had betaald, begon hij me nogmaals de les te lezen. De trein en ik, we hebben een haat-liefdeverhouding. Het feit dat ik dit stukje op de trein schrijf, spreekt dan weer in zijn voordeel.
De Britse graffitiartiest Banksy stelde vorig jaar de hele maand december samen met twintig kunstenaars zijn werk tentoon in een drukke winkelstraat in Londen. Met die actie wilde hij de echte geest van kerstmis terugbrengen. “Want,” zegt Banksy: “Dat feest wordt alsmaar minder commercieel en draait steeds meer om religie. Daarom besloten we onze eigen winkel te openen en dingen te verkopen die niemand nodig heeft.” In de vitrine van de zaak staat een kerstman te betogen, op zijn bord is te lezen ‘Give up now!’ Wat verder hangt een tafereel uit Hans en Grietje. De heks is vervangen door Michael Jackson die de kinderen met wat snoep naar binnen probeert te lokken. Geïnteresseerden kunnen er ook werken kopen, kostprijs tussen 50 en 700 euro. Een spotprijs voor werk van een artiest dat doorgaans voor een veelvoud van dat bedrag onder de hamer gaat. Één van de opvallendste kunstwerken, een Afrikaanse jongen zonder been die naar een ledematenautomaat staat te gapen, werd voor een onbekend –lees bijzonder hoog- bedrag verkocht. Banksy startte het winkelconcept vijf jaar geleden, maar het is de eerste keer dat de winkel zich midden in het commerciële centrum van Londen bevindt.
Bankswie? Banksy houdt zijn identiteit angstvallig geheim. Logisch want voor 2005 alleen al heeft de Engelse politie een rekeningetje van 35.000 euro aan schoonmaakwerken voor hem klaarliggen. In de Engelse media circuleren twee namen. Banksy zou Robert Banks of Robin Banks heten. Iedereen is het er over eens dat hij afkomstig is van Bristol, een stadje ten Westen van Londen en om en bij de 32 jaar oud is. De guerrillakunstenaar begon met graffiti toen hij veertien was en van school gestuurd werd. Omdat hij te traag en niet erg goed was met een spuitbus, ging hij met stencils aan de slag. Dat had als voordeel dat hij de meeste voorbereidingen thuis kon treffen en ter plaatse snel kon werken. Zijn werken zijn opvallend en humoristisch. Niet zelden bevatten ze een boodschap: tegen oorlog, tegen kapitalisme, tegen het establishment en voor vrijheid. Ratten, apen, kinderen, ouderen, soldaten en politiemannen zijn de favoriete onderwerpen van Banksy. Over de jaren verkreeg hij steeds meer bekendheid en groeide uit tot cultfiguur. De straatartiest bracht drie boeken uit waarvan er duizenden exemplaren verkocht werden. Zijn werken op doek gaan vandaag niet onder de 30.000 euro de deur uit. De ouders van Bansky denken dat hun zoon schilder/decorateur is.
Why am I famous Eind augustus vorig jaar vervangt Banksy 500 exemplaren van het debuutalbum van hotelerfgename Paris Hilton. Het artwork van de cd wordt overhoop gegooid. Paris wordt er met blote borsten afgebeeld en haar hoofd wordt vervangen door een hondenkop. Binnenin staat de boodschap ‘Every cd you buy puts me even further out of your league’. Luisteraars kunnen er genieten van nummers als ‘Why am I famous, What have I done en What am I for?’ De cd zelf bestaat uit mash-ups door Danger Mouse (de helft van Gnarls Barkley) gecombineerd met nietszeggende en domme uitspraken uit interviews met Hilton.
Gevangenismuur “Als je wil feesten, ga je naar Ibiza. Als je graffiti wil spuiten, is de afscheidingsmuur tussen Israël en Palestina je ideale vakantiebestemming,” aldus Banksy. Hij voorzag de muur van negen kunstwerken. Onder andere een ladder, een kind dat een gat in de muur maakt, een kind dat er met ballonnen overvliegt en gat in de muur waardoor je een prachtig strand met palmbomen ziet. Volgens Banksy maakt de muur Palestina tot de grootste gevangenis ter wereld. Tijdens zijn werkzaamheden kwam hij een aantal keer in aanraking met het Israëlische leger, dat zelfs een aantal waarschuwingsschoten afvuurde.
Guantanamo Disney Een sekspop wordt thuis in een oranje overal gestoken. Er wordt een zak over haar hoofd gebonden. Handen en voeten worden samengebonden. De lucht wordt uit de pop gelaten en ze wordt in een rugzak gestoken. Het begin van een nieuwe actie van Banksy. Hij wil hiermee het gevangen houden van terrorismeverdachten in Cuba veroordelen. Met de pop in zijn rugzak trekt hij naar Disneyland. Daar haalt hij de pop boven, pompt ze op en zet ze onder de Rocky Mountain Railroad Ride. Het personeel van Disney merkt het niet. Het duurt een uur en half voor de attractie wordt stilgelegd en de pop wordt verwijderd.
Onzichtbare olifant Voor zijn eerste tentoonstelling in de V.S. Barely Legal, beschilderde Banksy een olifant in hetzelfde behangpatroon als de rest van de kamer. Bezoekers –onder wie Christina Aguilera, Brad Pitt en Angelina Jolie- kregen een flyer met volgende tekst toegestopt: ‘Er staat een olifant in de kamer. Er is een probleem waar we nooit over praten. Het leven wordt er niet beter op. Twintig miljoen mensen leven onder de armoedegrens. Iemand een gratis glaasje wijn?’ De tentoonstelling bracht aardig wat geld in het laatje, Banksy verkocht voor meer dan twee miljoen euro aan werken.
In het museum Banksy’s werk hing al in de vier meest befaamde musea van New York, in het Louvre in Parijs en in het Tate Museum in Londen. Geen van die musea had een werk van de artiest aangekocht. Hij was ze er zelf gaan hangen. Bij de meeste duurde het dagen vooraleer de suppoosten het ontdekten. Elk opgehangen werk was dat ook perfect bevestigd en voorzien van een naamkaartje. Banksy kreeg het idee toen hij door een museum wandelde en dacht ‘dat kan ik ook’. Hij wilde ermee onderstrepen dat het publiek bijna nooit inspraak krijgt bij de keuze van museumstukken.
Nog drieëntwintig weken zal het hier ten huize rustig zijn, maar dan gaat een klein kereltje of dametje daar voorgoed verandering in brengen. Dat de komst van onze eerste spruit, voor wie voorlopig alleen een werktitel bedacht werd wegens voor ons nog geslachtsloos, heel wat veranderingen met zich gaat meebrengen, mag niemand verbazen. Zo zal het baasje bijvoorbeeld niet zoals andere bezoekers in het logeerbed slapen, maar moet het nieuwbakken familielid over een eigen op zijn/haar noden voorzien bed krijgen. Ook in de wagen zal het klein dictatortje niet gewoon op de achterbank zitten, maar heeft hij een speciale autostoel nodig waarin hij comfortabel van de rit kan genieten. (Zijn moeder draagt nu al een speciale autogordel om maximaal comfort te garanderen.) Het kleine wezentje zal de eerste maanden ook niet al te veel wandelen en dient dus in een koets voortgeduwd, in een zachte draagdoek gedragen of in een maxi-cosy gesleurd te worden. En dan heb ik het met u nog niet gehad over slabbers (volgens het Groene Boekje bavetten), papflessen, pampers, tutten, speeltjes, kleertjes, bad, zitkussen, babyfoon, commode,… Ik kan nog een paar regels doorgaan. Van de hierboven opgesomde producten bestaan bovendien 100en versies in verschillende maten, gewichten, stoffen, kleuren, prijsklassen,… Vandaar dat onze salontafel heden ten dage veel weg heeft van een infokiosk voor aanstaande ouders. De zoektocht naar wat we juist nodig hebben, lijkt soms meer op een kruistocht. Maar eigenlijk valt het allemaal wel mee. Binnenkort begint onze zoektocht naar een naam voor het jonge geweld en daar zijn we nog lang niet uit.
Op het partijbestuur van de NV-A moesten ze deze week toch even slikken toen uit een enquête van Koppen bleek dat ruim 70% van de Belgen de splitsing van het land geen goede zaak vinden. Bart De Wever had zijn familie –tot grote onvrede van zijn geheel in lokale klederdracht gehulde vrouw- al vervroegd uit hun Beierse vakantieoord teruggeroepen. Ze werden door de partijvoorzitter samen met het gezin van Geert Bourgois ingezet in de massale productie van goedendaggen –ik heb gepoogd op te zoeken hoe dit geschreven wordt maar u zal het met deze poging moeten doen- en roestige boksbeugels. “Als het formatieberaad niets oplevert, dan zullen we onze onafhankelijkheid gewapenderhand uitroepen! Dat is wat het volk wilt” Dat waren de woorden die een licht dronken maar heftig schuimbekkende voorzitter op het laatste NV-A congres had uitgeschreeuwd. De drie andere bestuursleden die het hele congres met open mond naar de voorzitter hadden zitten staren, brachten hem even later straalbezopen naar zijn kamer. Twee flessen wijn, een paar Duvels en een hartige pousse-café waren geen goed idee geweest, maar iemand moest de kas van de partij toch leeg krijgen. “Vlaanderen de leeuw!” was het laatste wat de andere gasten van hotel Horizon een briesende De Wever door de gang hoorden gillen. Alle punten die ter sprake kwamen die avond waren met unanimiteit goedgekeurd. Alleen de voorzitter had stemrecht. En dus werd er nog dezelfde week van start gegaan met het fabriceren van een compleet oorlogsarsenaal wapens. De plannen om meteen Brussel en grote delen van Luik in te nemen leken misschien wat optimistisch maar dat leek een overwinning bij de Guldensporenslag ook! Na de annexering van het grootste deel van het land zou de NV-A uiteraard democratische verkiezingen uitschrijven. Niet De Wever maar wel Bourgeois zou voor de NV-A aan de bak komen. Die schafte zich in tussentijd al een geit –Rudy- aan en zocht contact met de opticien van Yves L. 800.000 voorkeursstemmen, ze zouden hem eens wat laten zien. De aanvragen voor Vlaams lidmaatschap bij de Europese Unie en de VN. waren al vertrokken. Een rusthuis voor de koning was al voorzien. Dat de enquête nu wat roet in het eten gooide mocht de pret niet bederven. “Een rondvraagje van Koppen,” raasde Dewever, “dat werd afgenomen bij duizend Belgen zal ons niet tegenhouden. De VRT is een clubje nationalisten bij elkaar. Ik kan u zo duizend Vlamingen opsommen die voor een splitsing zijn.” Wat hij ook prompt deed. “Wij zullen klauwen zolang een Vlaming leeft,” brulde hij. De drie bestuursleden en de familie Bourgeois klapten luid, hesen De Wever op hun schouders en sloten een vers vat bier aan. In een hoekje van het hotel ging mevrouw De Wever op zoek naar aspirines.
Rij nooit tegen een voertuig waar een autonummerplaat Corps Diplomatique (CD) op hangt. Je krijgt gegarandeerd hommeles. Zo’n voertuig is niet speciaal beschermd, maar zijn eigenaar wel. Wanneer die in fout is, hoeft hij zich zelfs niet te verantwoorden voor de politie. Hij is gedeeltelijk immuun en kan dus al limbo dansend onder de arm der wet. Vorig jaar stelde het Brusselse parket 2.243 processen-verbaal op tegen CD’s. Daarvan werden er slechts 746 –één op drie- betaald. De overgrote meerderheid van de dossiers werden gewoon geklasseerd. Omdat de CD’s immuun zijn kan het parket enkel een minnelijke schikking voorstellen. Wanneer daar niet op ingegaan wordt, kan er niet vervolgd worden en worden de dossiers dus horizontaal geklasseerd. In Brussel alleen al staan er 6.109 voertuigen ingeschreven als CD. Daartegen werd dus 2.243 keer proces opgemaakt. Vier op de tien liepen dus tegen de lamp. Vaak moet via een administratieve rompslomp, via het land van herkomst van de CD, de overtreder gezocht worden. Probeer dat maar eens als agent wanneer je een wagen wil weg takelen. Erger wordt het wanneer je wordt aangereden door een CD en financieel of in het ergste geval fysiek te lijden hebt. Een heleboel CD’s rijden namelijk rond zonder verzekering en zijn niet verplicht jouw schade te vergoeden. Zo iemand in proces trekken is haast onbegonnen werk. Wie herinnert zich nog het verhaal dat Koppen een jaar geleden bracht? Een zestienjarig meisje werd toen van haar bromfiets gereden door een dronken CD. Die probeert vluchtmisdrijf te plegen maar de bromfiets van het meisje zit vast onder de wagen. Als de politie aankomt, stapt de man uit en roept: “Ik ben diplomaat van de ambassade van Kenia en onschendbaar.” De man is dronken, in fout, zijn wagen is al jaren niet meer verzekerd, maar toch kunnen de agenten en het meisje en haar vader niet anders doen dan de man laten vertrekken. De idee achter de buitenlandse onschendbaarheid is te begrijpen en niet geheel onlogisch. Als diplomaten niet onschendbaar zouden zijn, zouden ze hun werk niet kunnen doen als het regime hen niet gunstig gezind is. Of die onschendbaarheid op het hele strafrecht en dus ook op het verkeersreglement van toepassing moet zijn is echter zeer de vraag. In een wereldcentrum van diplomatie als Brussel kan dat niet anders dan voor problemen zorgen.
Terwijl u allen in grote getale het Vlaams karakter van de rand rond Brussel al wandelend manifesteerde, bracht ondergetekende het weekend door aan de andere kant van de taalgrens. In het, door nagenoeg iedereen, met clichés overladen Wallonië, meer bepaald in Vielsalm. Klantvriendelijkheid, een sympathieke glimlach en enige kennis ter zake mag men in de regio rond Vielsalm van mensen in de toeristische sector kennelijk niet verwachten. Het lijkt wel of er in personeelsadvertenties gevraagd wordt naar een zo nors mogelijke smoel en boertig mogelijk taaltje. Op de meeste plaatsen waar wij enige info trachtten te bekomen, gaf men niet thuis, had men weinig zin om te antwoorden of wist men van toeten nog blazen. Verrassend en ontnuchterend -dat laatste vooral in het geval van de brouwerij van Achouffe- was ook dat vele zaken op zaterdagnamiddag, in het hoogseizoen, gesloten bleven. Of de Walen lui zijn, kan ik u niet vertellen. Dat Nederlanders gierig zijn, werd evenwel nog eens bewezen toen we het dorpje La Roche aandeden. (Om de dames te plezieren stond daar een bezoek aan een –open- pottenbakkersmuseum op het programma.) Het hele centrum was er ingenomen door een wielerwedstrijd. Resultaat: de hele omgeving ingenomen door campingcars en alle parkeerplaatsen bezet. Alle parkeerplaatsen? Neen, één plekje bleef dapper weerwerk bieden; de betaalparking. Daar kon je alleen andere nationaliteiten terugvinden. Verdere verhalen en anekdotes hou ik wegens soms compromitterend liever voor besloten familiekring. Wie één en ander echter eens met eigen ogen wil aanschouwen kan dat hier.