dinsdag 13 november 2007

Haat als levensmotto

“God haat iedereen en stuurt iedereen naar de hel”

‘God vermoordde jouw kind, je zoon is in de hel,’ het zijn enkele kreten die leden van de Westboro Baptist Church (WBC) de familie van de in Irak overleden soldaat Matthew Snyder tijdens diens begrafenis naar het hoofd slingerden. Zijn vader trok naar de rechtbank en WBC werd veroordeeld. “Denk maar niet dat God nu zal stoppen jullie G.I. Joe uitschot te vermoorden,” was hun reactie.

‘Homoseksualiteit is de grootste zonde die er is. God haat flikkers niet omdat het flikkers zijn. Het zijn flikkers omdat hij ze haat. Alles wat er in de Verenigde Staten fout loopt, is een straf van God voor de lakse houding van ons land tegenover flikkers.’ Tot daar de theorie van de Westboro Baptist Church, een niet erkende geloofsgemeenschap uit Topeka in Kansas. Grondleggers van de WBC, zijn de familie Phelps. Ze maken het grootste deel uit van de 71 leden. Al meer dan vijftien jaar houdt de groep protestacties tegen de oprukkende homoseksualiteit in de Verenigde Staten en in de wereld. Ze gaan daarbij niet meteen subtiel te werk.

Baas in eigen stad
Founding father van de WBC is Fred Phelps. Hij denkt dat hij een profeet is van God op aarde. ‘En net als alle profeten in hun tijd, word ik door alle mensen gehaat.’ De Phelps begonnen hun protestacties in hun eigen stadje. In een kleine eetzaak in Topeka werkte een vrouw waarvan Phelps vermoedde dat ze lesbische was. Daarom trokken ze elke dag naar het restaurant om er met grote spandoeken – God haat flikkers, God haat jou- luidkeels te gaan protesteren. De directie wou niet toegeven, maar na twee jaar hadden de klanten stilaan genoeg van de moord en brand schreeuwende herrieschoppers en ging de zaak failliet. Slag thuis voor de Phelps, die ook weer wat meer vrije tijd hadden.
Tegenstand kennen de Phelps in hun eigen stad niet. Topeka bestaat niet uit 120.000 homofobe extremisten, maar niemand durft er kritiek op de WBC te uiten. Wie dat wel openlijk doet, riskeert een driedelige aanval. Tegen opponenten wordt sowieso een rechtzaak aangespannen. Fred Phelps is zelf gewezen advocaat en ook elf van zijn dertien kinderen hebben een diploma Rechten. Daarnaast zijn er de zogenaamde pickets best te vergelijken met een stakerspicket, maar dan bemand door extreme homohaters. De Phelps schrikken er niet voor terug om jarenlang voor iemands deur te gaan betogen. Het laatste en meest gevreesde middel om tegenstand in de kiem te smoren, zijn de mails en faxen met roddels. De Phelps sturen dagelijks honderden mails en faxen over het privéleven van hun tegenstanders naar overheid en media. Meestal gaat het over ongefundeerde leugens. Maar ook die missen hun effect niet. Zo was er een Schepen die openlijk kritiek op de WBC uitte. Phelps schreef in zijn fax dat de vrouw een slet en een hoer was, die tientallen mannen uit de omgeving neukte. Om zijn stelling kracht bij te zetten, faxte hij ook haar bloedgegevens door. Het bloed van de vrouw bevatte CRP, wat kan duiden op een seksueel overdraagbare aandoening. Van de roddels werd niets bewezen, maar de vrouw werd niet herkozen en stapte uit de politiek.

9/11, Aids, Katrina, Irak
De Phelps beperkten zich niet tot hun eigen omgeving en trokken naar allerlei samenkomsten van de holebigemeenschap. Dit tot groot ongenoegen van de aanwezigen. Zo moest de WBC tijdens protesten tegen de gay parade enkele malen gered worden door de politie. Bij een actie tegen een lesbisch huwelijk, werden twaalf leden van de WBC bijna aangevallen door 1.500 tegenstanders.
Ook begrafenissen van Aidsslachtoffers –homoseksueel of niet- werden geliefkoosde doelwitten van de WBC. Volgens hen is de ziekte Aids een straf van God voor homoseksualiteit. Maar niet alleen Aids, zowat alles is een straf van God voor de lakse houding van de Verenigde Staten tegenover anders geaarden. Zo trokken leden van de WBC onmiddellijk na 9/11 naar de WTC-torens om er te gaan verkondigen dat deze aanslag het werk van God was omdat God Amerika haat. ‘God vermoordde deze mensen. Hij keek ze recht in de ogen, lachte ze uit en stuurde ze naar de hel.’ Dat waren de exacte woorden van Fred Phelps. Het mag niet verbazen dat zelfs de meest rechtse conservatieven in de V.S. de WBC als verderfelijk beschouwen.
Na de orkanen Katrina en Rita verkondigde Fred Phelps dat de orkanen het antwoord van God waren voor de gebeden van de heiligen van de WBC. Even dacht Phelps zelfs dat eindelijk de Apocalyps was begonnen. Bij die Apocalyps zullen volgens hem de leden van zijn Kerk als getuigen worden opgeroepen. Advocaten zijn allicht niet toegestaan.
Tenslotte is ook de oorlog in Irak een uitgekookte straf van God omdat het leger homoseksuelen niet onmiddellijk executeert. Dus trekken de Phelps naar begrafenissen van soldaten om daar met kleurrijke pamfletten en leuzen hun ongenoegen te uiten. ‘Dank u God voor Irak, Dank u God voor dode soldaten’.
De vader van een gesneuvelde soldaat won onlangs een proces dat hij tegen de WBC aanspande. De kerk werd veroordeeld voor schending van de privacy en het toebrengen van emotionele schade. De Phelps moeten daarvoor 9,5 miljoen euro ophoesten. De WBC gaat in hoger beroep en is geenszins van plan de protesten daarom te staken. Ze zijn net dankbaar voor alle publiciteit die ze dankzij deze veroordeling kregen.

Haat katholieken, Zweden, Joden, Ieren,…
Op de haatlijst van Fred Phelps staan niet alleen homoseksuelen. Ook voor Joden heeft hij geen goed woord over. ‘Homoseksuelen en Joden, domineerden Nazi-Duitsland, net zoals ze dat vandaag met de V.S. doen. Pas op! Joden hebben Jezus vermoord en hun eigen profeten. De Amerikaanse Joden zijn de echte Nazi’s.’
Volgende op de lijst is de katholieke Kerk. ‘De katholieke Kerk is het grootste pedofiele netwerk ter wereld. Als de dag des oordeels komt, zal iedereen die ooit deel uitmaakte van deze organisatie, van paus tot priester naar de hel verhuizen.’ Dat wordt drummen.
In 2003 richtte hij zijn pijlen op Ierland. ‘Een roze verderfelijk en verdoemd eiland. Vergiftigd met potten en flikkers in elke rang van de bevolking. Kerken en kloosters in Ierland zijn plaatsen van orgie gevuld met zondige duivels.’ In Ierland werden uitspraken van Phelps over homoseksuele politici als belachelijk onthaald.
En ook Zweden moet het ontgelden. Dat land is veel te progressief. Het grote aantal Zweedse doden bij de aardbeving in de Indische Oceaan in 2004 is volgens Phelps een waarschuwing van God voor Zweden.
Maar Phelps werpt ook soms een bloemetje naar wie het goed doet. Saddam Hussein bijvoorbeeld kreeg van Phelps een brief waarin hij hem feliciteerde omdat Irak –volgens Phelps- het enige moslimland was waar Christenen zo vrij konden zijn. De liefde tussen beide heren was zo groot –pun intended- dat Phelps een delegatie van de WBC naar Irak stuurde. De WBC leden stonden in de straten van Bagdad tegen de V.S. te protesteren. Ze hadden het vooral niet voor Bill en Hillary Clinton en anale seks en allicht ook niet voor de combinatie. Zo graag zag Phelps Saddam ook niet. de dag nadat hij werd opgehangen vertelde Phelps in een video dat Saddam en Gerald Ford –die dezelfde week overleed- nu samen in de hel zaten.

De steel van een pikhouweel
Reporters die de familie Phelps volg(d)en getuigen dat ze, naast hun extreme standpunten ogenschijnlijk normaal zijn. Ze zijn sympathieke buren, spelen met hun kinderen, hebben allemaal gestudeerd, beschikken over een bloeiende carrière, het lijken wel modelburgers. Waar komt die scherpe haat dan vandaan? Zeker is dat vader Phelps de bepalende factor is.
Op 21-jarige leeftijd protesteerde hij al op de universiteit tegen kussen in het openbaar en de lust van het vlees. In de jaren 60 was dat geen goed idee. Phelps werd door de studenten van de campus verjaagd.
Een paar jaar later was hij pastoor in een kleine kerk in Tuscon. Tijdens één van zijn strenge preken, stopte een kleine kleuter niet met wenen. Phelps kwam van zijn preekgestoelte en sloeg de kleuter in het gezicht. Hij werd prompt uit de kerk ontslagen.
Maar ook binnen zijn eigen familiekring schuwde hij geweld niet. Zonen Mark en Nate, die zich van de familie afgekeerd hebben, deden in 2000 hun verhaal. De zonen werden herhaaldelijk afgeranseld met de steel van een pikhouweel, net iets breder dan een baseballbat. Meestal troefde Phelps twee kinderen tegelijk af. Het ene kind kon dan toekijken hoe het andere geslagen werd. ‘Je wist nooit wanneer hij klaar was. Hij werkte met intervallen. Hij sloeg je tien keer en begon dan met je broer. Even later was jij aan de beurt.’ De school van de jongens diende vaak klacht in tegen hun vader, maar die dreigde met processen tegen de school en beweerde dat zijn kinderen op school geslagen werden. Als zevenjarige hief Phels Nate op aan zijn handen en stampte hem met zijn knie in de buik tot het kind buiten westen geraakte.
Moeder Phelps werd niet gespaard. Hij scheerde ze ooit helemaal kaal omdat hij vond dat haar kapsel niet perfect zat. Toen Mark twaalf was, werd zijn moeder door Phelps van de trap geduwd. Ze scheurde de ligamenten van haar schouder en de dokter raadde een operatie aan. Phelps weigerde en de moeder kan haar schouder vandaag nog niet goed gebruiken. Bovendien maakte Phelps duchtig gebruik van de schouder wanneer hij haar fysiek wou aanpakken.
Volgens Mark en Nate is vader nu te oud om zijn agressie op zijn familie uit te werken. Hij heeft zijn familie nodig. Daarom richt hij zijn pijlen op anderen.
“Het grootste misverstand,” zegt Phelps, “is dat God van iedereen houdt. God haat iedereen en stuurt iedereen naar de hel. Enkel wij kunnen ons nog redden.”

maandag 12 november 2007

vrijdag 9 november 2007

François van Hoobrouck d'Aspre

We zijn in een oorlogtoestand. Ik ben voorstander van het principe "oeil pour oeil, dent pour dent" en ik zal in principe en in de realiteit al de maatregelen nemen en voorbereiden om dus ons verdedigen met alle maatregelen die noodzakelijk zijn. Ik zie niet voor welke reden in dit geval moet ik ook respecteren de Vlaamse wetgeving op zichzelf.

François van Hoobrouck d'Aspre, burgemeester van mijn thuisgemeente Wezembeek-Oppem
Nu moet ik bekennen dat ik onmiddellijk wel heel wat redenen zie waarom onze -niet benoemde- burgemeester de Vlaamse wetgeving moet respecteren. Dat Wezembeek-Oppem een Vlaamse gemeente is en dat Vlamingen alleen daarom al hun rechten hebben, laat ik even buiten beschouwing. Dat wij een Vlaamse gemeente zijn, impliceert ook dat onze burgemeester onder de voogdij van de Vlaamse regering opereert. Dat willen we ook nog even vergeten. Maar waar onze burgemeester sowieso niet onderuit kan, is het feit dat al het geld dat hij krijgt uit de Vlaamse portefeuille komt. Hij kan het zich gewoonweg niet permitteren zich niet te houden aan de Vlaamse wetgeving.
De Vlaamse regering kan de geldkraan van onze burgemeester dichtdraaien. Als dat gebeurt, verwacht ik niet dat er nog veel inwoners uit Wezembeek-Oppem achter de man gaan staan. Voor zover dat nu al het geval is, Hoobrouck d'Aspre is één van de minst populaire burgemeesters in Vlaanderen. Bovendien zijn slechts een fractie van mijn dorpsgenoten geïnteresseerd in het politiek gekakel van een stokoude burgervader. Ook zelf moet ik toegeven dat ik de houding van mijn burgemeester minder belangrijk vindt, dan het feit of mijn vuilnisbakken op tijd worden opgehaald, mijn straat er degelijk bij ligt en er een deftig schooltje in mijn dorp is. Zolang dat nog het geval is, kan de burgemeester rustig blatend. Maar wanneer hij geen Vlaams geld meer ontvangt, zal hij ook in eigen dorp de wind van voren krijgen.

donderdag 8 november 2007

Betaalde boodschappen

Ordinaire reclame heeft afgedaan. Iedereen zapt weg bij een spotje. Een advertentie in de krant wordt zelden gelezen. Een banner of mail wordt als ergerlijk ervaren. En de boodschappen die de consument dan toch tot zich neemt gelooft hij de helft van de tijd niet. Daarom moeten reclamejongens op zoek naar andere kanalen. Op pumbby kunt u zich laten betalen om boodschappen te ontvangen. Het moet wel op uw gsm gebeuren. Meer info hier dus.

maandag 5 november 2007

John Hiatt akoestisch AB

Straf. John Hiatt dat is 100% Rock ’n roll en 200% vakmanschap. Geen soundscapes, geen geluidsmuur, geen lichteffecten, geen kapsones. Één man, één piano, een gitaar of zes en één mondharmonica. En dan grasduinen uit 20 platen. Nummers ontbloot tot op het bot. Alleen nog de essentie. Songs die al twintig jaar op de setlist staan worden nog steeds met evenveel overtuiging gespeeld.
Zes platenfirma’s wezen Hiatt al de deur, maar nog vaker werd hij elders binnengehaald. Zijn nummers zijn doorspekt met doorleefde emoties. Hiatt is nauwelijks negen jaar als zijn broer zelfmoord pleegt. Twee jaar later sterft zijn vader en op zijn zestiende trekt hij van huis weg. Hij heeft dan al een job als songwriter. Wanneer tien jaar later zijn vrouw zelfmoord pleegt, stort de muzikant zich op drank en drugs. In die periode hebben heel wat optredens daar onder te lijden. ‘I ‘ll never get over you’ schreeuwt hij moederziel alleen op het podium, waarna hij zijn complete ziel door de mondharmonica spuugt.
Vuile rockers ‘Riding with the king’, ‘Perfectly good guitar’ en ‘Cry love’ blijven ook akoestisch overeind. Opmerkelijk, uit zijn laatste album ‘Master of disaster’ haalde Hiatt geen enkel nummer. Tijdens de bissen werden we op een obligatoire maar verschroeiend mooie versie van ‘Have a little Faith in me’ getrakteerd. Thank you for having faith in me all these years, bedankte Hiatt zijn publiek nogmaals. Voor de meeste concertgangers was het zeker niet de eerste maal dat ze de artiest aan het werk zagen. Oude rockers met grijs lang haar en een jeansvest, er was er zelfs één bij die met een stok moest lopen. Hiatt is dan ook 55 jaar, maar oogt er op het podium nog steeds 25.

zaterdag 3 november 2007

Arcade Fire Vorst

Ze hadden wat goed te maken de maffe bende van Arcade Fire. In april zouden de Canadezen concerteren in De Hallen Van Schaarbeek, maar de sinussen van zanger Win Butler besloten een eigen leven te gaan leiden. Op het hoofdpodium van Pukkelpop zouden die sinussen moeten inboeten en zou het ongemak met een daverend concert vergeten worden. De geluidsmix van de resem instrumenten die de band uit Montréal op het podium meesleurt zat echter niet geheel snor. Ondanks een sterk en erg bezield concert, bleef het optreden dan ook wat onder de verwachtingen.
Gisterenavond kon er dus revanche genomen worden in Vorst Nationaal. Een concertzaal die godbetert bij muziekminnend Vlaanderen berucht is voor zijn slechte akoestiek. Dat een groep met zulke rijke en sfeervolle sound zich hier moest komen verdedigen, schiep niet veel hoop.
Tien man sterk verschenen ze gisteren aan de aftrap –twee extra blazers-. Allemaal Multi-instrumentalist. In het midden Win Butler, een boomlange kerel, als een kapitein orde scheppend in een ogenschijnlijke chaos van klanken. Wie met zijn oren toe luistert –als iemand dat al zou kunnen- zou nooit kunnen vermoeden dat uit dit onsamenhangend zooitje ongeregeld zulke intense muziek voorkomt. En toch, al vanaf de eerste noot weten de Canadezen het publiek te raken waar het moet. Nu eens in de ziel, een paar keer ter hoogte van het traankanaal, dan weer in het scrotum en even vaak in de heupen. Publiek dat zich niet met één stempel laat bedrukken. Tieners, maar vooral twintigers en ook dertigers en veertigers. Logisch want Arcade Fire is de grootste indieband ter wereld geworden. Vier jaar geleden bestond de groep nog maar net. Via een aantal goede recensies, onder andere op de invloedrijke muzieksite Pitchfork, ging het pijlsnel vooruit. De nochtans niet altijd even toegankelijke muziek van de band heeft zijn weg naar de massa gevonden.
Na het met zichzelf worstelende Funeral, keek de band dit jaar met Neon Bible naar de complexe wereld van vandaag. Het grote verschil tussen beide platen, viel ook tijdens het optreden euh… op. Tussen de nummers krijgen we beelden te zien van luid schreeuwende predikers waar Amerika van vergeven is. Antichrist Television Blues is dan ook de logische opener. The Well and the Lighthouse, één van de sterkste nummers op de nieuwe plaat, is ronduit verschroeiend. Ook het breekbaar en verzorgde In The Backseat, waar Régine Chassange manlief Butler laat zien dat ook zij over heel wat vocaal vermogen beschikt, veegt alle twijfels van tafel. Maar op zijn best is de band toch pas als de toppers uit Funeral worden bovengehaald. Neighbourhood 2, 1, 3 en daarna Rebellion laten van Vorst geen spaander heel.
Tijdens de bisronde worden Intervention en het relatief swingende Wake Up nog afgevuurd. Wij zijn al lang wakker genoeg om te zien dat dit een groep in goeden doen is. Foto’s.